Het is niet de vraag of maar op welke manier de overheden in de ontwikkelde landen hun woord zullen breken. Dat stelt Arnaud Mares, een econoom van de bank Morgan Stanley. Hij doelde op de hoge schulden van de overheden in Europa en de VS, veroorzaakt voor een groot deel door de huidige crisis.
Maar de situatie op dat gebied wordt nog erger, omdat de schulden nog veel verder zullen toenemen door de vergrijzing en jarenlange zeer lage economische groei. Door dat laatste gaan allerlei mooie plaatjes over overheidsinkomsten en uitgaven aan diggelen. De uitgaven zullen door de lagere groei tegenvallen terwijl de uitgaven, denk aan WW-uitkeringen of allerlei inkomensafhankelijke subsidies bijvoorbeeld, juist fors hoger zullen uitpakken dan verwacht.
Die landen zullen het niet zo ver laten komen dat ze rente niet uitbetalen of oude schulden niet aflossen, zegt Mares. Veel waarschijnlijker is het dat ze hun heil zullen zoeken in een zogeheten ‘softe faillissement’. Daarvan is sprake wanneer ze hun oude schulden afbetalen met geld dat veel minder waard is dat het geld dat ze destijds hebben geleend. Geld dat minder waard is wil niets anders zeggen dan dat je me elke euro die je van de overheid ontvangt als schuldaflossing minder kunt kopen dan voorheen. Dat komt door de inflatie. Mares concludeert dus dat oplopende inflatie in Europa en de VS de komende jaren onvermijdelijk is, omdat de overheden simpelweg geen andere uitweg hebben.
Ik deel zijn mening. In mijn boek over het naderende inflatiegevaar is een groot stuk gewijd aan dit gevaar. Maar de inflatie zal de komende jaren uit veel meer bronnen komen.
Dat is al begonnen. Onlangs kopte de Spits: ‘Sparen kan geld kosten’, met als intro: door belasting en inflatie moet grote spaarder interen. Ontegenzeggelijk waar. Als de spaarder de klos is bij iets meer dan 1 procent inflatie, wat is dan de juiste omschrijving voor straks, wanneer de inflatie richting 10 procent schiet?
Enkele bladzijdes later was het weer raak. Katoenprijs is behoorlijk opgelopen. Goedkopere kledingwinkels laten hun klanten niet in de kou staan als de stijgende katoenprijs de kostprijs van kleding opdrijft. De prijsstijging van de grondstof zal eerst door de bedrijven worden opgevangen, zeggen twee grote lage-prijs-ketens tegen Spits. „Dit najaar zullen bij ons de prijzen nog niet stijgen, omdat wij de collectie al vroeg hebben ingekocht”, vertelde Jacques van der Bom, hoofd marketing van Zeeman Textielsupers.
Dat is mooi, maar denkt u echt dat textielwinkels niet aan de prijzen zullen komen en verlies lijden alleen om de consument, u en mij, te behagen? Natuurlijk niet. Als ze de hogere kosten nooit zouden doorberekenen, dan zouden ze al snel de deuren moeten sluiten. En inderdaad, iets later geeft Van der Bom dat toe. „In het voorjaar zal de prijsstijging van katoen ons wel treffen.”
Ook Hennes en Mauritz (H&M) belooft de klanten voorlopig uit de wind te houden. Maar, zo zegt een woordvoerster, „de hogere katoenprijs zal op de lange termijn leiden tot prijsstijgingen. Daar is niks aan te doen.”
Waren het alleen maar t-shirts en broeken die duurder zullen worden. Wat te denken van brood bijvoorbeeld? De tarweprijs is in de laatste twee maanden met maar liefst 71 procent gestegen. Dat leidt nu al tot oplopende inflatie in opkomende en ontwikkelingslanden. Ook in Europa is het effect zichtbar, meldde het Europese bureau voor de statistiek toen die onlangs bekend maakte dat de inflatie gestegen is in juli, mede door de hogere tarweprijs. Het is een kwestie van tijd voordat ook brood bij de bakker om de hoek duurder wordt.
Tarwe en gerst (waarvan de prijs ook geëxplodeerd is) zijn niet alleen voor de broodprijs van belang. Ook de prijzen van bier, pasta, eieren en kippenvlees, om enkele voorbeelden te noemen, hebben ermee te maken.
Interessant artikel! Ook voor een incasso bureau in Nijmegen dat het niet helemaal met bovenstaande eens is.
BeantwoordenVerwijderen