maandag 20 december 2010

Inflatie wordt geen probleem maar is dat het in steeds meer landen

Hoe interessant het debat onder economen en beleggers ook is over de vraag of hoge inflatie het probleem van de toekomst zal worden of niet, de vraag waar het debat over gaat wordt met de maand meer en meer achterhaald. Inflatie is al een probleem in veel landen. En niet zomaar landen.

Een paar dagen geleden waarschuwde het hoofd van de centrale bank van Zuid-Korea (op 14 na de grootste economie ter wereld) dat de inflatie volgend jaar veel hoger zal zijn dan eerder werd verwacht (ruim 3 procent in plaats van 1,8 procent).

Op dezelfde dag kwam het nieuws uit Brazilië (de negende grootste economie ter wereld) dat de plaatselijke economen daar de prijzen in 2011 harder zien stijgen dan eerder het geval is geweest.

Vlak daarna meldde China (de tweede grootste economie ter wereld) dat de jaarlijkse inflatie er in november uit is gekomen op 5,1 procent, het hoogste niveau in ruim twee jaar tijd.

Ook dichter bij huis loopt het inflatievuurtje uit de hand. In Groot-Brittannië stegen de prijzen met bijna 3,5 procent in november. Dat was een verrassing voor veel economen (die hadden een daling verwacht) en de centrale bank (die voorspelt al twee jaar lang iets van minder dan 2 procent inflatie terwijl de werkelijke inflatie al die tijd nooit noemenswaardig onder de 3%-grens is gezakt). De Britse centrale bank heeft overigens als taak de inflatie zo rond de grens van 2 procent te houden.

Het recept dat de economische tekstboekjes voorschrijven in zo’n geval is dat de centrale bank de rente moet verhogen naar een niveau dat hoger ligt dan de inflatie. Alleen dat verdrijft het kwelgeest.

De praktijk is echter heel anders. In Groot-Brittannië probeert de centrale bank het beleid verder te versoepelen, niet te verkrappen. De Braziliaanse centrale bank heeft net een nieuw hoofd aangesteld gekregen. De regering heeft het oude hoofd weggepest omdat die niet alles wilde doen wat de overheid van hem wilde. Het mag duidelijk zijn dat de nieuwe baas zich veel meer welwillend zal opstellen. Dat is per slot van rekening de reden dat hij de post heeft gekregen.

De Chinese centrale bank probeert de inflatie te beteugelen met andere wapens dan een renteverhoging. Eerder hebben veel centrale banken dat geprobeerd. Het is nooit gelukt en er is geen enkele reden waarom het China ineens wel zou lukken.

Het lijkt erop dat de Chinezen dat zelf ook weten. Vandaar dat onlangs op staats-TV in dat land bericht is dat de centrale bank volgend jaar ernaar zal streven de inflatie rond 4 procent te houden. Ofwel: de lat komt iets hoger te liggen, want het oude doel voor 2011 was 3 procent inflatie.

China heeft te maken met een zeer ingewikkelde situatie. Als de centrale bank de rente te fel zou verhogen om te inflatie te beteugelen, riskeert ze de economische groei hard te raken. Zodra dat zou gebeuren, zou de kans op nog meer sociale onrusten toenemen. Op dat front is er redelijke rust dankzij de hoge groei. Sociale onrust in een land met bijna 1,5 miljard inwoners is een nachtmerriescenario voor de regering in Peking.

Vandaar dat de kans groot is dat de voorkeur zal zijn om alles eraan te doen de economische groei niet te raken.

Overigens is inflatie in China een veel groter probleem dan de officiële cijfers laten zien, zoals te lezen is in dit artikel.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten