zondag 14 september 2014

Begrotingstekorten financieren mag van de Europese regels!



Nee, spannende lectuur zijn de Statuten van de ECB niet. Geen wonder dat er in de eurozone waarschijnlijk hooguit slechts enkele honderden mensen zijn die de Statuten ooit helemaal gelezen hebben. En dat is jammer want hoewel droog, zijn de Statuten wel degelijk kostelijk! De komende tijd zal ik een aantal voorbeelden daarvan geven. 

Vandaag het eerste stuk in de miniserie ‘Uit de Statuten van de ECB’: hoewel ondertussen zelfs de vogels in de lucht weten dat begrotingstekorten financieren verboden is voor de ECB, is het maar de vraag of dat werkelijk het geval ís. Er is namelijk een bypass ingebouwd in de Statuten!

In artikel 21.1 valt keurig te lezen dat ‘het de ECB en de nationale centrale banken verboden is voorschotten in rekening-courant of andere kredietfaciliteiten te verlenen ten behoeve van instellingen, organen of instanties van de Unie, centrale overheden, regionale, lokale of andere overheden, overheidsinstanties, andere publiekrechtelijke lichamen of openbare bedrijven van de lidstaten; ook het rechtstreeks van hen kopen van schuldbewijzen door de ECB of de nationale centrale banken is verboden.’ Veel woorden voor ‘gij zult een gat in de hand van de overheden niet financieren’.

Gelukkig maar, maar de geschiedenis is vol met voorbeelden waaruit blijkt dat dat hét recept is voor grote ellende. Alleen wie dan eventjes verder leest, ziet iets opmerkelijks. In artikel 21.3 – letterlijk slechts enkele regels onder het genoemde verbod – staat dat die bepalingen ‘niet van toepassing zijn op kredietinstellingen die in handen van de overheid zijn en waaraan in het kader van de liquiditeitsvoorziening door de centrale banken dezelfde behandeling door de nationale centrale banken en de ECB wordt gegeven als aan particuliere kredietinstellingen.’

Dus geld lenen aan de overheden mag niet maar geld lenen aan een staatsbank, dáár is niets mis mee. Aangezien commerciële banken zich al enige tijd onbeperkt en voor een lange tijd kunnen financieren bij de ECB tegen een rente van 0,05 procent, zou er, zo lees ik het, niets mis mee zijn als, zeg, een Spaanse staatsbank geld leent bij de ECB en daarmee staatsobligaties van de Spaanse overheid koopt. In de praktijk vloeit het geld dus gewoon naar de overheid, zij het via een kleine omweg.

Goed, een tegenwerping kan zijn, dat deze interpretatie niet juist is. Dan nog is er echter een bypass!

Het verbod om rechtstreeks schuldbewijzen (lees staatsobligaties) van de overheid op te kopen, houdt in dat het blijkbaar toegestaan is staatsobligaties indirect te kopen. In handelarentermen: kopen op de primaire markten (direct van de uitgever) mag niet maar op de secundaire markt (van iedereen behalve de uitgever zelf) weer wel. Wat betekent dat in de praktijk? Eerst even naar die primaire markt kijken. Niet iedereen mag staatsobligaties van een land, bijvoorbeeld Nederland, direct van de Staat afnemen. Dat mag slechts een groepje geselecteerde banken. Als de Nederlandse staat bijvoorbeeld staatsobligaties uitgeeft, mogen alleen de zogeheten primary dealers die afnemen. Primary dealers is een groep van 16 banken. Die verkopen de obligaties vervolgens door aan beleggers. 

Wanneer die primary dealers staatsobligaties afnemen van de staat, spreken we van de primaire markt. Zodra de 16 uitverkorenen die obligaties, al is het één seconde later, verkopen aan een derde partij, hebben we het over de secundaire markt. De staatsobligaties zijn dan namelijk tweedehands.

Dus als de ECB één seconde later een Griekse of Italiaanse staatsobligatie koopt van een primary dealer in die landen, houdt de bank zich keurig aan de regels. Maar het resultaat voor de uitgevende overheid is hetzelfde als wanneer de ECB direct staatsobligaties had gekocht op de primaire markt: de overheid krijgt haar geld. Merk op dat de primary dealers ook aan dit spelletje mee zouden doen als ze zelf totaal geen vertrouwen in de uitgevende overheid zouden hebben. Immers, de ECB staat klaar om die staatsobligaties over te nemen. 

Volgende week een nieuwe aflevering van ‘Uit de Statuten van de ECB’. Stay tuned!

dinsdag 9 september 2014

Bank of England: je kunt niet én een euroland én soeverein zijn!



Elke dag lees ik veel: artikelen, opinies, analyses etc. Heel af en toe kom ik daarbij iets zeer opmerkelijks tegen. Vandaag was zo een dag. Eerst even een opmerking vooraf die u in het achterhoofd moet houden: centrale bankiers uiten zo goed als nooit kritiek op elkaar. Goed, nu verder. 

Zoals wellicht bekend is er wat gaande in Groot-Brittannië, namelijk dat het Verenigd Koninkrijk over een kleine week verleden tijd kan zijn. Op 18 september houdt Schotland een referendum (wel bindend) over de vraag of het zelfstandig land moet worden of niet. 

In de aanloop naar die dag zijn beide kampen, pro en tegen, druk bezig met campagne voeren. Daarbij wordt alles en iedereen erbij gehaald. Onder meer de Bank of England, de Britse centrale bank, in de persoon van de baas ervan, de Canadees Mark Carney. 

Even een zijweggetje: ik vind dat een centrale bankier over dat soort onderwerpen niets moet zeggen. Centrale banken gaan over monetair beleid en niets meer dan dat. Politieke uitspraken zouden voor hen verboden terrein moeten zijn. Helaas vertelt de baas van de Europese Centrale Bank (ECB) regelmatig dat we in de eurozone een politieke en begrotingsunie moeten hebben om de euro te redden. Ook al zou dat het geval zijn: hij mag er gewoon niets over zeggen in mijn ogen maar de wil van de bevolking respecteren. 

Goed, terug naar de Bank of England en Carney. Een van de onderwerpen bij het Schotse referendum is de vraag of Schotland, als het voor zelfstandigheid kiest, het Britse pond zal houden of een eigen munt zal invoeren. Kiezen voor het eerste zou de facto betekenen dat Schotland en Groot-Brittannië, twee onafhankelijke landen, één munt zouden delen ofwel een muntunie zouden vormen. 

Carney zei daarover dat een muntunie tussen een onafhankelijk Schotland en de rest van Groot-Brittannië niet zou stroken met soevereiniteit van beide landen. Ofwel: je kunt niet én soeverein zijn én met een ander land in een muntunie zitten. 

Een succesvolle muntunie vereist volgens Carney gezamenlijk toezicht op banken en gezamenlijk belasting- en begrotingsbeleid. 

Wat betekent dit? De eurozone is een muntunie van zelfstandige landen, klinkt het vaak. Wat Carney, de baas van de Britse centrale bank dus, met zoveel woorden en een flinke omweg in feite zegt is dat dat onzin is. Je kunt volgens hem niet én soeverein zijn én in een muntunie zitten. Ik ben benieuwd naar de reactie uit de eurolanden, als die überhaupt komt, op deze toch explosieve uitspraak  van de Britse centrale bankier. 

We kunnen zijn woorden ook opvatten als verborgen advies aan de eurozone: jullie moeten belasting- en begrotingsbeleid op elkaar afstemmen alleen zo kan jullie muntunie slagen. En dan kom ik bij mijn eerdere punt: daar heeft een centrale bank niets maar dan ook niets mee te maken. Hier en daar in Nederland zou men nu afsluiten met twee woorden. Uit respect zal ík dat maar niet doen.