De rit omlaag in de Nederlandse lange rentes duurde jaren en
was behoorlijk. De toonaangevende tienjarige rente zakte van ruim 4 procent naar
ca. 1,5 procent in mei dit jaar. Sinds de aankondiging van de Fed, de
Amerikaanse centrale bank, zijn de lange rentes in de hele wereld aan het
stijgen. De Nederlandse tienjarige rente is geen uitzondering: die is inmiddels
tot 2,5 procent opgeklommen.
Het ziet er sterk naar uit dat de periode van almaar dalende
lange rentes voorbij is en dat de nieuwe trend opwaarts is gericht. Dit zou
niet vreemd zijn. Het opkopen van de Amerikaanse staatsobligaties heeft de
lange rentes in de Verenigde Staten behoorlijk omlaag gedrukt. Aangezien de
Duitse en de Nederlandse rente zeer nauw gecorreleerd zijn met de Amerikaanse
én door de vlucht naar veiligheid als gevolg van de eurocrisis, is ook de
Nederlandse rente sinds 2009 behoorlijk gedaald. Nu die deksel van de lange
rentes lijkt te verdwijnen, is het niet meer dan logisch dat de lange rentes
stijgen.
Daarnaast is er het feit dat de staatsschuld van Nederland blijft
stijgen terwijl economische vooruitzichten slecht zijn. Kredietbeoordelaars
wijzen daarop en zeggen dat als dat aanhoudt, de Nederlandse kredietwaardigheid
verlaagd zal worden. Op termijn zorgt dat voor hogere rente.
De Nederlandse tienjarige rente is opgelopen van 1,5 naar 2,5
procent. Dit kunnen de eerste stappen zijn op weg naar het normaliseren van de
rente is. Het normale niveau voor de Nederlandse tienjarige rente in de moderne
geschiedenis is circa 4 tot 6 procent. Normaliseren van de rente zou dus minstens
een verdubbeling ten opzichte van het huidige niveau betekenen! Dat is onder de
voorwaarde dat bijvoorbeeld beleggers niet op een nog grotere schaal angst
krijgen voor stijgende inflatie in de toekomst. In dat geval kan de tienjarige
Nederlandse rente nog hoger uitkomen.
De kans op een verdubbeling zo niet nog hardere stijging van
de lange rentes in Nederland is zeer slecht nieuws voor de tot hun oren in
schulden verkerende huishoudens maar ook voor de Nederlandse overheid. Ruwe
berekeningen laten zien dat één procentpunt stijging van de lange rentes, de
Nederlandse staat ruim 3 miljard euro aan extra rentelasten kan kosten.
De gemiddelde looptijd van de Nederlandse staatsschuld is
iets meer dan 7 jaar. Dit betekent dat als Nederland zijn totale staatsschuld
met één obligatie zou financieren, die een looptijd van 7 jaar zou hebben. Er
is heel wat voor te zeggen voor Den Haag om die looptijd te verlengen. Met
andere woorden, de Nederlandse Staat zou er goed aan doen deze mogelijk laatste
kans te gebruiken de lange rentes, die nu nog steeds naar historische
maatstaven laag is, vast te leggen voor jaren, zo niet decennia.
Dat kan de Staat doen door de komende tijd meer
staatsobligaties met een looptijd van 30 jaar te verkopen. Maar ook door
schatkistpapier met een looptijd van 50 jaar of zelfs langer op de financiële
markten te verkopen. Ongebruikelijk zou dit niet zijn, internationaal gezien.
Veel landen geven al zulke ultra langlopende staatsobligaties uit en zijn van
plan hun aanbod uit te breiden. Frankrijk geeft obligaties uit met een looptijd
van 50 jaar net als Groot-Brittannie. Het laatste land overweegt
staatsobligaties met een looptijd van 100 jaar of zelfs de zogeheten
perpetuals, obligaties die nooit afgelost worden, uit te geven. De Mexicaanse
overheid financiert zich al met staatsobligaties met een looptijd van een eeuw
en ook China, Japan en Oostenrijk verkopen staatsobligaties met een looptijd van
een halve eeuw. Dat zijn overigens allemaal landen die géén Triple A
kredietscore hebben, zoals Nederland.
Twee mogelijke tegenwerpingen zijn dat de belegger er niet
op zit te wachten en dat de rente op de leningen met een looptijd van 30 of 50
jaar hoger zou zijn dan die op leningen met een kortere looptijd. De eerste is, zeker in Nederland, een
academisch gevaar. Tot de belangrijkste kopers van zeer langlopende Britse en
Franse staatsobligaties behoren de Nederlandse pensioenfondsen. Logisch, zij proberen
altijd de looptijd van hun verplichtingen te matchen aan de looptijd van hun
beleggingen.
De ervaring van die landen die 50-jarige staatsobligaties
verkopen laat zien dat die rente doorgaans láger is dan de rente op
korterlopende staatsobligaties. Dit lijkt vreemd maar is het niet. Immers het
aanbod ervan is beperkt en de vraag van institutionele beleggers, zoals de
Nederlandse pensioenfondsen, zeer groot. De Nederlandse pensioenfondsen zouden
heel graag Nederlandse 50-jarige staatsobligaties kopen in plaats van Britse of
Franse.
De algemene
doelstelling van het Ministerie van Financiën bij het financieren van de
Nederlandse staatsschuld is dat ‘schuldfinanciering tegen zo laag mogelijke
rentekosten met een acceptabel risico voor de begroting’ moet geschieden. Het
vastleggen van de nu nog steeds naar historische maatstaven zeer lage rente,
zou prima passen in dat mandaat. Zeker omdat met het vastleggen van de lage
lange rente de renterekening voor de toekomstige generaties lager zou zijn dan
die anders zeer waarschijnlijk zou uitpakken. Bovendien is het zo dat bij een
langere gemiddelde looptijd het minder urgent is voor Nederland om op de korte
termijn stevig te bezuinigen. Immers, stijging van de lange rentes leidt niet
meteen tot een veel hogere renterekening. De hogere koopkracht die het gevolg
kan zijn, zou de Nederlandse huishoudens de ruimte geven de private
schuldenberg te reduceren.
Kers op de taart zou zijn als de Staat een groot deel van
die nieuwe 30-jarige en 50-jarige staatsobligaties ook zou indexeren aan de
inflatie, dat wil zeggen dat de rente erop afhankelijk zou zijn van de
Nederlandse inflatie. Hoe hoger de inflatie, hoe hoger de rente. De Nederlandse
pensioenfondsen zouden een droom van een belegging hebben, gelet op hun wens de
duur van de verplichtingen te matchen aan de duur van de beleggingen én hun
streven naar jaarlijkse indexatie van pensioenaanspraken aan de inflatie. De
Staat zou ermee een krachtig signaal afgeven niets te zien in hogere inflatie
en veel minder geneigd zijn maatregelen te nemen, zoals verhogingen van
allerlei belastingen en heffingen. Immers, die stuwen de inflatie op en zorgen
er zo voor dat de rentelasten stijgen.
Tot slot zou de wens van Den Haag dat pensioenfondsen meer
beleggen in Nederland, vervuld worden. Het is zelfs denkbaar staatsobligaties
met een looptijd van 30 of 50 jaar uit te geven voor een specifiek doen,
bijvoorbeeld investeren in groene energie, onderwijs en infrastructuur. Via die
weg kunnen de pensioenfondsen daaraan bijdragen zonder dat dat ten koste hoef
te gaan van hun verantwoordelijkheid richting de deelnemer, namelijk zorgen
voor voldoende rendement op beleggingen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten